Ik werd 's morgens wel eens Wakker bij een meid in bed Waarvan ik was vergeten hoe ze heette Maar uit dat soort situaties Heb ik me vaak gered Door al te vluchten nog Voordat ik had ontbeten Soms werd het even pijnlijk Als zo'n meid voorzichtig vroeg Of ik echt meende Wat ik allemaal gezegd had Alleen als ze dan mooi was En ze leek me ook wel lief Zei ik: 'je bent en blijft M'n allergrootste schat!' De tijd dat ik zo was Is voorgoed achter de rug En ik verlang er geen Seconde naar terug Ik wil de eerste zijn, aan wie jij Elke morgen denkt En de laatste die jou heeft bezeten Ik wil de laatste zijn, Aan wie jij je lichaam schenkt En de eerste die jij niet meer kunt vergeten Ik dook 's avonds soms het bed in Bij een leuke vent Omdat ik geen goed boek had om te lezen Als mijn kamer me benauwde en Er niemand op bezoek kwam Maar vooral als ik niet meer Alleen wou wezen Dan vluchtte ik de stad in, Koos een hele mooie uit Die mocht dan eerst twee pilsjes Voor me kopen Dan mocht hij met me mee En zeggen dat hij van me hield Op het moment dat we de Dekens onder kropen De tijd dat ik zo was Is voorgoed achter de rug En ik verlang er geen seconde naar terug Ik wil de eerste zijn, aan wie jij Elke morgen denkt En de laatste die jou heeft bezeten Ik wil de laatste zijn, Aan wie jij je lichaam schenkt En de eerste die jij niet Meer kunt vergeten Stel je voor dat ik een zitplaats Had gevonden En de chaffeur niet op Z'n remmen had getrapt Dan had ik niet in je armen Kunnen vallen. Dan waren wij niet samen Bij dezelfde halte uitgestapt Ik wil de eerste zijn, Aan wie jij elke morgen denkt En de laatste die jou heeft bezeten Ik wil de laatste zijn, Aan wie jij je lichaam schenkt En de eerste zijn die jij nooit Meer kunt vergeten