De avond die valt, een dag weer voorbij Terwijl-ie voor mij pas begint Het duister dat geeft wat het daglicht niet kan Ik stap de gezelligheid in Ja, in de nacht begin ik pas te leven Want overdag past de wereld niet bij mij Dus als de nacht mij een blije lach kan geven Krijgt de dag ook een stukje terug van mij (Oh-ho-ho-oh, oh-ho-ho-oh) Ja, we vieren dan het leven en gaan door tot morgenvroeg (Oh-ho-ho-oh, oh-ho-ho-oh) Van zo'n nacht krijg ik echt nooit genoeg Maar als ik opsta, begint het weer Dan verlies ik mezelf keer op keer Geen zonnestralen, nee, zelfs geen lach En het heeft me op weinig moois gebracht Ja, in de nacht begin ik pas te leven Want overdag past de wereld niet bij mij Dus als de nacht mij een blije lach kan geven Krijgt de dag ook een stukkie terug van mij (Oh-ho-ho-oh, oh-ho-ho-oh) Ja, we vieren dan het leven en gaan door tot morgenvroeg (Oh-ho-ho-oh, oh-ho-ho-oh) Van zo'n nacht krijg ik echt nooit genoeg Ja, als het maanlicht de zon verdrijft En de dag met chagrijn achterblijft Dan staan mijn vrienden al voor me klaar Dat wordt een feestje, nou reken maar Ja, in de nacht begin ik pas te leven Want overdag past de wereld niet bij mij Dus als de nacht mij een blije lach kan geven Krijgt de dag ook een stukkie terug van mij (Oh-ho-ho-oh, oh-ho-ho-oh) Ja, we vieren dan het leven en gaan door tot morgenvroeg (Oh-ho-ho-oh, oh-ho-ho-oh) Van zo'n nacht krijg ik echt nooit genoeg Ja, in de nacht begin ik pas te leven Overdag past de wereld niet bij mij Dus als de nacht mij een blije lach kan geven Krijgt de dag ook een stukkie terug van mij (Oh-ho-ho-oh, oh-ho-ho-oh) Ja, we vieren dan het leven en gaan door tot morgenvroeg (Oh-ho-ho-oh, oh-ho-ho-oh) Van zo'n nacht krijg ik echt nooit genoeg Van zo'n nacht krijg ik echt nooit genoeg