Daar bij die molen, die mooie molen Daar woont het meisje waar ik zo veel van hou Daar bij die molen, die mooie molen Daar wil ik wonen als zij eens wordt mijn vrouw Ik weet een heerlijk plekje grond, daar waar die molen staat Waar ik mijn allerliefste vond, waarvoor mij 't harte slaat Ik sprak haar voor de eerste keer aan d' oever van de vliet En sinds die tijd kom ik daar meer, die plek vergeet ik niet Daar bij die molen, die mooie molen Daar woont het meisje waar ik zo veel van hou Daar bij die molen, die mooie molen Daar wil ik wonen als zij eens wordt mijn vrouw Als in de stille avondstond de zon ten onder ging En ik haar bij de molen vond in zoete mijmering Toen fluisterde zij mij in 't oor: o heerlijk saam te zijn De molen draaide rustig door, en ik zong: liefste mijn Daar bij die molen, die mooie molen Daar wil ik wonen als zij eens wordt mijn vrouw