Droog en verteend Snijdt de horizon zich Een weg door de verte Hoeven trappen de aarde omhoog Een zware mars doet wolken verschijnen Vaandels hangen gelaten in de stilte Toortsen branden in het niets De tocht leidt nochtans tot leegte Verstookt van levensvloed Maar het smerige gelaat van het Einde verschijnt daadkrachten ter tonele De pijlen van de zon maken plaats Voor de zwaarden van demonen De hellebaard van ongeluk Kortwiekt de prille hoop van verzet Een duisternis ontvouwd zich en Dichte stof verblind het licht